Nicola Cospito: Europa heeft krachten nodig die vechten tegen de oude wereldorde en gevoeligheid tonen voor nieuwe geopolitieke horizonten
Kun je jezelf voorstellen aan onze lezers hier in Turkije?
Ik ben geboren in Taranto, Puglia, in 1951 en woon in Rome. Ik ben afgestudeerd in Moderne Literatuur met topcijfers. Ik ben freelance journalist, vertaler, docent en kenner van de Duitse taal en cultuur. Ik ben auteur van verschillende publicaties. Ik heb 38 jaar lang geschiedenis en filosofie gedoceerd op middelbare scholen en was ook adjunct-professor Geschiedenis van politieke doctrines aan de E-Campus Universiteit. Ik ben de auteur van de bundel I Wandervögel, nu in de derde druk (plus een uitgave in het Spaans), waarmee ik het Italiaanse publiek kennis liet maken met de geschiedenis van de Duitse jeugdbeweging aan het begin van de 20ste eeuw. Samen met de Duitse historicus Hans Werner Neulen publiceerde ik Julius Evola in de geheime documenten van het Derde Rijk en Salò Berlin, de moeilijke alliantie. Ik schreef onder andere Nazionalpatriottici en Walter Flex, een Generatie onder wapens. Met de Evola Foundation publiceerde ik Julius Evola in de geheime documenten van de Ahnenerbe en Julius Evola in de geheime documenten van de SS. Ik was redacteur van het tijdschrift Orientamenti, dat over geschiedenis, politiek en cultuur publiceerde. Momenteel vertaal ik uit het Duits de monumentale bibliografie van de bundel Die Konservative Revolution in Deutschland van historicus Armin Mohler.
Evola is in Turkije bekend als lid van de traditionalistische school. Evola's invloed op Italiaans rechts verraste me tijdens mijn onderzoek naar hem. Hoe heeft Evola de Italiaanse rechtervleugel beïnvloed? Hoe is hij zo'n belangrijke figuur geworden?
Evola was en is in Italië een van de belangrijkste inspiratoren, niet alleen van rechtse intellectuelen, maar ook van traditionalistische politieke kringen, zowel voor als na de Tweede Wereldoorlog. Als auteur van talrijke publicaties, vertaald in verschillende talen, oefende hij voor de oorlog zijn invloed vooral uit met werken als Diorama filosofico, een boekdeel met bijdragen uit het supplement van het dagblad Il Regime Fascista. Zijn belangrijke boeken zijn: De theorie van het absolute individu (1930), De mens als macht (1927), De hermetische Traditie (1931), Revolte tegen de moderne wereld (1933) en, na de oorlog, met essays van grote diepgang zoals Cavalcare la Tigre (1961), De mens in het midden van ruïnes (1953) en Maskers en gezichten van het huidige spiritualisme (1949).
Vanuit een Hegeliaans idealisme, maar gezien in een romantische toonaard, beïnvloed door het denken van Nietzsche, in de verheerlijking van een 'individu' dat absoluut wordt gemaakt door een diep zelfbewustzijn en tegelijkertijd gesublimeerd door de aanleg tot actie, vestigt Evola de aandacht op de wereld van de Traditie die in de verre oudheid werd gekenmerkt door waarden gebaseerd op een aristocratische hiërarchie (m.a.w. gebaseerd op deugden), op een 'solaire', viriele, heldere, trotse spiritualiteit, op een organische visie van de Staat, in tegenstelling tot de decadente, liberale, democratische, obscure wereld die geboren werd met de Kali Yuga en die haar decadentie accentueerde met de komst van de Franse Revolutie en de moderniteit waarin de mens een slaaf werd van de 'demon van de economie' en het contact verloor met een superieure beschaving.
Vooral Revolte tegen de moderne wereld en Mensen in het midden van ruïnes, maar ook het korte essay Orientamenti, zijn een soort bijbel geworden voor degenen die een actie van opstijging wilden ondernemen, van het zoeken naar de geestelijke horizonten, van het bezetten van een slagveld dat nooit veroverd of bezet kan worden door welke vijand dan ook. De pagina's van Orientamenti, zoals onlangs werd geschreven in het tijdschrift Il Cinabro, dringen door in het hart van de lezer en geven een richting aan, een oriëntatie om te volgen, waarbij idealen van grote kracht worden gewekt.
Rutilio Sermonti, een van de leiders van de Ordine Nuovo Beweging, de formatie die het meest geïnspireerd is door Evola's leer, bevestigde: “door Evola te lezen ontdekte ik niet Evola, maar mezelf. En er is geen kostbaarder geschenk dat ik ooit heb ontvangen'. Tegenover het destructieve werk van de moderne wereld lanceert Julius Evola zijn leuzen: 'er is maar één ding: zichzelf staande houden in een wereld van ruïnes'. Vandaag de dag zijn we dus getuige van een 'Evola-renaissance' die ook wordt weerspiegeld in het denken van Alexander Doegin die, rekening houdend met de nieuwe geopolitieke grenzen, de zoektocht wil beginnen naar een nieuwe spirituele dimensie die in contrast staat met de valse mythen en iconen van de liberaal-democratische wereld, en dimensie dus, die wordt geïnspireerd door de ideeën van Julius Evola.
Hoe bouwden de Wandervogelbeweging en andere soortgelijke bewegingen in het 19de-eeuwse Duitsland aan de Duitse geest? Wie waren de belangrijkste figuren uit deze periode en welke invloed hadden hun ideeën op het moderne Duitsland?
De Wandervögel-beweging, ook bekend als de Jugendbewegung (Jeugdbeweging), ontleent haar naam aan een gedicht van de romantische schrijver Joseph von Eichendorff en ontstond in Berlijn als een kring van studenten stenografie die zich toelegden op de Wanderungen (grote wandelingen in de Duitse bossen en valleien).
De geschiedenis van de Wandervögel begon tegen het einde van de 19de eeuw, rond 1896 om precies te zijn. Volgens sommige historici, die in de Duitse trekvogels slechts een beweging van rebellie tegen het rigide en schematische schoolsysteem van het Wilhelminische tijdperk zien, eindigde ze in 1914 aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog, volgens anderen in 1933 met de Machtübernhame, dus de machtsovername door de nationaalsocialisten, en tenslotte zijn andere geleerden van mening dat het niet als definitief beëindigd kan worden beschouwd (1).
Iedereen is het echter eens over het buitengewone belang en de betekenis van deze jeugdbeweging, waarvan de kennis onmisbaar is om de radicale psychologische, politieke en sociale transformaties die Duitsland in de laatste jaren van de 19de eeuw en de eerste helft van de 20ste eeuw kenmerkten, te begrijpen en juist te interpreteren. De beweging werd opgericht door Hermann Hoffmann, een student aan de Universiteit van Berlijn, en kende verschillende wisselende leiders. De meest invloedrijke van hen was Karl Fischer (foto hieronder), die voor een grote dynamiek zorgde door de sterke uitbreiding van de beweging in heel Duitsland te bevorderen.
De grootste historicus van de Jugendbewegung was Hans Blüher (beeld hierboven), die er verschillende boeken aan wijdde. Memorabel was de grote bijeenkomst in 1913 op de Hoher Meissner waar meer dan tweeduizend jongeren aan deelnamen. Op deze bijeenkomst werden de wegen voor de hervorming van het leven uitgestippeld: de strijd tegen alcohol, roken, de herontdekking van het heilige in de natuur, de versterking van de Germaanse nationale identiteit en de lijnen voor een nieuwe pedagogie werden getrokken. Een begrip van het Wandervogel fenomeen zou niet mogelijk zijn zonder er rekening mee te houden dat het zijn diepste wortels heeft in de romantische beweging van de vroege 19e eeuw en de nationaal-patriottische mystiek die de ziel van de Duitse jeugd doordrong ten tijde van de bevrijdingsoorlogen toen studenten op de eerste rij zaten in de kruistocht tegen Napoleon.
Het is dan ook zo dat in de periode na de Tweede Wereldoorlog de aandacht van onderzoekers en geleerden uitging naar de Duitse geschiedenis van de afgelopen tweehonderd jaar, met de specifieke bedoeling van sommigen om in de romantische, anti-Verlichtings en anti-rationalistische cultuur van de eerste decennia van de 19de eeuw de oorsprong aan te wijzen van wat George L. Mosse 'de crisis van de Duitse ideologie' (2) noemde en die zijn grootste uitdrukking vond in de dimensies en politieke vormen van het nationaalsocialistische totalitarisme.
Wie aan 'fascisme' denkt, denkt meestal aan Hitler en de nationaalsocialisten. Wat onderscheidt het Italiaanse fascisme, vertegenwoordigd door Mussolini, van het Duitse fascisme?
Vergeleken met het nationaalsocialisme kan het fascisme bogen op de verdienste van een primeur in de geboorte van een beweging die onmiddellijk gericht was op de oprichting van een welvaartsstaat die in staat was om verdelende rechtvaardigheid en de belangen van de burgers centraal te stellen, en die het primaat van de politiek boven de economie herstelde. Mussolini toonde zijn vastberadenheid toen hij in 1926, tegen de internationale financiële speculatie in, autoritair de wisselkoers van het pond sterling, dat toen de referentievaluta was, vaststelde op 90 lire. Deze maatregel redde Italië van de crisis van 1929 toen de aandelenmarkt op Wall Street instortte.
In dit opzicht moet echter worden opgemerkt dat de twee bewegingen zeker veel gemeen hadden op het gebied van het overwinnen van de 19de-eeuwse ideologieën, de afkeer van het marxisme en zijn classistische principes, de afwijzing van alle materialistische en onpatriottische opvattingen en de noodzaak om een nieuwe mens met een sterke identiteit te smeden.
Het fascisme in Italië onderscheidde zich door zijn openbare werken. Zelfs vandaag de dag is het nog mogelijk om met verwondering en bewondering te kijken naar het indrukwekkende architectonische werk van het fascisme met zijn openheid voor een luchtige visie op stadsplanning gebaseerd op de verheerlijking van grote ruimtes. Er zijn veel steden gesticht door het regime van Mussolini die vandaag de dag nog steeds hun soliditeit tonen, zelfs op vlak van natuurrampen.
In tegenstelling tot het nationaalsocialisme werd het fascisme, hoewel het het verleden en de Romeinse keizertijd verheerlijkte, niet gekenmerkt door de mythe van het bloed en het Arische ras, die daarentegen wel een prominente rol speelden in Duitsland.
Ook de rassenwetten van 1938, die werden aangenomen in een tijd van internationaal isolement en toenadering tot Duitsland, sloegen niet aan bij de Italiaanse bevolking, die nooit antisemitisch was geweest. Antisemitisme bleef beperkt tot smalle intellectuele kringen rond Giovanni Preziosi en zijn tijdschrift La vita italiana. Zelfs tijdens de 600 dagen van de Italiaanse Sociale Republiek vertrouwden de Duitsers de fascisten niet in hun aanpak van de Joodse kwestie en bleven ze de Italianen zeer wantrouwen.
De conservatieve revolutionairen in Duitsland noemden zichzelf 'conservatieve revolutionairen' om zich te onderscheiden van de nationaalsocialisten en fascisten. Waar kruisten en divergeerden de paden van het conservatief revolutionairisme, het fascisme en het nationaalsocialisme?
De conservatieve revolutiebeweging werd officieel geboren in Duitsland met de verspreiding van de ideeën van de schrijver Arthur Moeller van den Bruck. Hij was het die als eerste alle werken van Dostojevski in het Duits vertaalde. Zijn belangrijkste werk was Das Dritte Reich waarin hij radicale kritiek uitte op de liberaal-democratische principes en opriep tot de geboorte van een nieuw keizerlijk Duitsland.
In werkelijkheid deed Moeller van den Bruck, die de belangrijkste exponent van de beweging blijft, niet meer dan oppikken wat al in de tweede helft van de 19de eeuw was uitgewerkt door denkers als Paul de Lagarde en Julius Langbehn, wat al was verkondigd door Arthur de Gobineau en Richard Wagner met zijn kring uit Bayreuth, door Stefan George en andere nationalistische intellectuelen.
De Conservatieve Revolutie, zoals Armin Mohler goed heeft opgemerkt in zijn doctoraatsthesis getiteld Die Konservative Revolution in Deutschland, bracht in feite veel gelijksoortige maar verschillende intellectuele bewegingen samen, waaronder in het bijzonder de 'Völkische', de 'Bündische', de nationaal-conservatieven, de federalisten, de monarchisten, de nationale revolutionairen, de nationale bolsjewieken, maar ook de esoterici en de extreme antisemieten.
De conservatieve revolutie verspreidde zich niet alleen in Duitsland maar ook in Oostenrijk en Zwitserland en werd vertegenwoordigd door denkers van hoog kaliber zoals Carl Schmitt, Oswald Spengler, de gebroeders Jünger, maar ook Max Weber, Max Scheler, Ludwig Klages en Hugo von Hofmannsthal. De beweging telde historici, geografen, kunsthistorici, verhalenvertellers, dichters en allerlei soorten intellectuelen in haar gelederen en werd gesteund door talrijke culturele tijdschriften en de medewerking van verschillende uitgeverijen.
De conservatieve revolutionairen liepen vooruit op de eisen van het nationaalsocialisme - dit was ook de tijd van de Freikorps, de Stahlhelm en andere paramilitaire organisaties die vochten om te voorkomen dat Duitsland nog meer gebieden zou verliezen na het 'Diktat' van Versailles - met hun focus op de herontdekking van de Germaanse geest met zijn boerencultuur, verbonden met de 'Blut und Boden', maar stonden er in de loop der tijd los van of stonden er zelfs tegenover.
Tot op zekere hoogte namen de conservatieve revolutionairen misschien meer uitgesproken standpunten in dan het nationaalsocialisme over het onderwerp cultuurwortels, maar tegelijkertijd, terwijl ze liberaal-democratische principes afwezen, sympathiseerden ze niet helemaal met Hitler, die ze als een Führerfiguur die alleen maar en vervangbare functie in een nieuw politiek systeem beschouwden. Dit idee kon niet anders dan voor spanningen zorgen. Ook hadden ze vaak aandacht voor mystiek-esoterische zaken die botsten met het politieke pragmatisme van de NSDAP. Dit scheidde hen ook van het Italiaanse fascisme, dat meer aandacht had voor sociale en volksbehoeften.
Rechts groeit in Europa. Als we beter kijken, zien we dat het liberale conservatieven zijn. Is het echt 'rechts' dat groeit in Europa of zijn deze bewegingen geïntegreerd in het wereldsysteem?
Het is waar dat rechts groeit in Europa, maar soms lijkt het een ongewerveld rechts, om de woorden van de Spaanse denker Miguel de Unamuno te gebruiken. Een rechts dat zwak is in zijn inhoud en verouderd in zijn naam zelf. Vandaag de dag betekenen rechts en links in feite bijna niets meer en drukken ze de krachten op het politieke toneel niet meer correct uit. De huidige wereld wordt gekenmerkt door de botsing tussen liberalen en anti-liberalen, tussen de verdedigers van de oude unipolaire wereld, geconsolideerd na de val van de Berlijnse Muur, en degenen die in plaats daarvan de noodzaak hebben ingezien om zich open te stellen voor een nieuwe multipolaire dimensie die het Amerikaanse suprematisme opzij zet en nieuwe evenwichten in de wereld creëert.
De wereld is aan het veranderen en de geboorte van de BRICS is daar het bewijs van. De dollar bevindt zich in een crisis, maar rechts heeft dit niet begrepen. Zo is de steun aan Israël en de misdadige genocide op het Palestijnse volk een schandaal. Rechts stigmatiseert niet genoeg de ontoereikendheid van de Europese Unie en de steun voor Zelenski is slechts een gunst aan de 'proxy war' die de Amerikanen willen om Europa aan het lijntje te houden.
De NAVO is een destabiliserende factor in de wereld en in Italië bijvoorbeeld treedt de regering-Meloni op als gevolmachtigde van de Verenigde Staten, waardoor de veiligheid van het land ernstig in gevaar komt. Italië herbergt ongeveer 120 Amerikaanse bases waarover de regering geen jurisdictie heeft. In het geval van een wereldconflict zouden wij als eerste de schadelijke gevolgen ondervinden. De regering Meloni is dus helemaal niet soeverein zoals sommigen ten onrechte blijven denken.
De enige die zich redt is Victor Orban, die zeker de intelligentste en slimste van alle Europese leiders is. In Europa is er behoefte aan krachten die strijden tegen de oude wereldorde en gevoeligheid tonen voor nieuwe geopolitieke horizonten, bijvoorbeeld het Eurazië-project dat oproept tot nieuwe allianties en nieuwe pacten, te beginnen met een Mediterrane Unie waarin Turkije bijvoorbeeld een absoluut belangrijke rol zou kunnen spelen.