Welke interpretatie van het Eurazisme?
Onder vele nationalisten en dissidenten van de Westerse naties, die niettemin het belang inzien van een uitbreiding van hun ideaal in de richting van een geestelijk en politiek herstel van de Europese beschaving, wordt het neo-Eurazisme kennelijk steeds meer gezien als een politieke, geopolitieke en zelfs metapolitieke doctrine die uitsluitend voor Rusland van belang is. Wij menen dat deze perceptie het resultaat is van een interpretatie van deze nieuwe politieke theorie die hoofdzakelijk voortvloeit uit twee elementen, zijnde historische en situationele elementen: enerzijds het feit dat het Eurazisme bij zijn oorsprong, d.w.z. aan het begin van de twintigste eeuw, het resultaat was van het intellectuele oeuvre van Russische denkers, waarvan sommigen naar Europa waren geëmigreerd (Mendelejev, Troubetskoï, Florovski, Alexeïev, enz. ) en anderzijds dat de meerderheid van de huidige Europese militanten niet altijd duidelijk de noodzaak inziet om, gelijktijdig met hun strijd (die bestaat uit het stimuleren en bevestigen van de eigenheid van een beschaving op basis van wat er nog over is van haar culturele grondslagen), deel te nemen aan de uitwerking van een nieuwe universele politieke theorie die in staat is om elke beschaving, op een voldoende gedifferentieerde manier, voor te stellen als een toekomst die “gelaafd” wordt door de Traditie en georiënteerd is op de atemporele centraliteit van deze laatste. Deze verheven uitdaging is dus gesitueerd op het hogere niveau van de doctrine, en verder op het niveau van een universele spirituele visie op de wereld, nog voordat zij kan worden gesitueerd op het lagere, zij het essentiële, niveau van haar aanpassing aan een bepaalde beschaving teneinde haar een immaterieel centrum terug te geven dat geïnspireerd is door deze superieure visie op de wereld. Kortom, een Imperium.
Het eerste historische element dat hierboven werd vernoemd, lijkt door de tijd te zijn achterhaald, maar dat is slechts schijn. Vooral onder bepaalde nostalgische nationalisten, voornamelijk uit Oost-Europa, speelt het nog steeds een afstotende rol vanwege zijn Russische oorsprong, aangezien het Eurazisme voor hen een oriëntalistisch en Aziatisch ideaal vertegenwoordigt, dat dus strikt genomen vreemd is aan de oorspronkelijke Europese cultuur, en daarenboven nog eens verweven is geraakt met het bolsjewistische verleden. Het is inderdaad waar dat het oorspronkelijke Eurazisme grotendeels gebaseerd was op een “Slavo-Turks-islamitisch fusionisme” in fase met de visie van een enkelvoudige multi-etnische en multinationale imperiale bestemming van Rusland, waarin zijn Europese en Turko-Mongoolse aspecten geïntegreerd waren. Het was inderdaad de doctrinaire culminatie van een verlangen om, in de geest van deze verbannen Russische denkers, Rusland te herstellen in een waarachtig imperiaal perspectief, d.w.z. om het tot de zetel te maken van het politieke en spirituele centrum van een unieke beschaving, als gevolg van de lessen die werden getrokken uit de bolsjewistische revolutie. Maar het is hier niet de bedoeling dit oorspronkelijke Eurazisme te analyseren, zelfs niet in het kort, omdat wij van mening zijn dat het neo-Eurazisme, dat wij voortaan zullen benoemen met de term “Eurazisme”, dankzij het werk en de internationale betrekkingen die Aleksandr Doegin heeft bewerkstelligt, de ruimte heeft kunnen overschrijden die hij zichzelf indertijd tot heilige taak had gesteld, namelijk het herstel van een geestelijk geordend Leven.
Het tweede punt, dat wij als conjunctureel hebben gekwalificeerd, zou in verband kunnen worden gebracht met het feit dat Rusland zich steeds meer doet gelden als een belangrijke speler in het huidige mondiale geopolitieke spel. Daarvan profiteert wat steeds meer niet alleen wordt gezien als een natie, maar ook als een beschaving die op zichzelf niet alleen haar eigenheid laat gelden, maar tegelijkertijd ook door het kartel van westerse landen wordt verstoten. Dit geschiedt vanuit een gezichtspunt dat moeite heeft om de huidige behoefte aan een nieuwe spirituele en politieke benadering van het universele te begrijpen, een inheemse politieke theorie die dus aangepast zou zijn aan haar culturele, geografische en historische paradigma, en zelfs etnisch (wat op zich nonsens is aangezien Eurazië in essentie imperiaal en multi-etnisch is): namelijk het Eurazisme. Deze theorie, zo zou men terecht kunnen zeggen, houdt rechtstreeks rekening met de Russische geografische en geopolitieke situatie binnen het Grote Euraziatische Continent en met de socioculturele realiteit van de diverse volkeren die samen het Russisch-Euraziatische imperium vormen dat zichzelf thans in een fase van aarzelende en onzekere bevestiging bevindt. Deze nieuwe politieke en spirituele theorie (die zij in de eerste plaats moet zijn – maar daar komen wij nog op terug), is gecentreerd (en deze term is in dit verband belangrijk) op de Werkelijkheid en het diepe streven van dit Euraziatische imperium. Natuurlijk komen deze geestelijk gemotiveerde aspiratie en Werkelijkheid niet precies overeen met die van Europa (en des te meer met het oog op zijn huidige gedegenereerde fase).
Temeer daar de geschiedenis en de oosterse geestelijke invloeden de Russisch-Euraziatische beschaving, gecentreerd rond de Russische imperiale overheersing, tot een van het lot van de rest van het Europese subcontinent losgemaakte entiteit hebben gemaakt. Dit Europese subcontinent heeft zich immers geleidelijk laten verzwelgen door de helse wateren van het occidentalisme. Het lijkt ons belangrijk te benadrukken dat de historische en culturele ontwikkeling van deze beschaving, die zowel door het Westen als door het Oosten werd geïnspireerd, gepaard ging met een unieke autonome bevestiging, die zich evenzeer in de geestelijke als in de politieke of geopolitieke orde afspeelde.
De Russisch-Euraziatische beschaving berust in feite op haar centrale positie, die evenzeer historisch als geografisch is, en die voortvloeit uit de ontmoeting van de Indo-Europese volkeren en de Turanische volkeren op hun respectievelijke eschatologische reizen, waarbij de eersten het oosten en de continentale onmetelijkheid van het zuidoosten zochten, en de laatsten het westen en de ontsluiting van de westelijke zeeën van het zuidwesten. Het Eurazianisme is juist gebaseerd op de erkenning van de implicaties van dit menselijke oorlogszuchtige en creatieve avontuur dat uiteindelijk heeft geleid tot een beschaving die als bijzonderheid heeft een rol van spil en opening tussen het Oosten en het Westen op zich te nemen. Het huidige Rusland heeft, samen met de onafhankelijke naties die er historisch, cultureel en economisch mee verbonden zijn, alsook spiritueel (d.w.z. Armenië, Georgië, Wit-Rusland, Kazachstan, enz.), een unieke rol te spelen. Oekraïne, dat erin moet slagen zich te doen gelden als brug tussen de twee beschavingen (het maakt evenzeer deel uit van de ene als van de andere), is inderdaad een beschaving op zich in het hart van Eurazië, waarbinnen het zijn rol van evenwichtskracht moet opnemen. Haar oer-Europese erfenis kan geen afbreuk doen aan een werkelijkheid die veel complexer en diverser is geworden door haar ontmoeting met het Oosten, des te meer door haar uitbreiding binnen het Euraziatische continent tot aan de Stille Oceaan (de Kozakken bereikten de Stille Oceaan in 1640) en de Kaukasus (annexatie van verschillende Kaukasische naties aan het begin van de 19e eeuw: Armenië, Dagestan, Azerbeidzjan), wat in zekere zin zijn eigenheid ten opzichte van de rest van het Europese moederland versterkte. Maar slechts in zekere zin, omdat de banden, hoewel zij van West naar Oost gesmeerd en harmonieuzer verdeeld zijn, naar Europa toe niet minder aanwezig zijn in een gedeelde visie op de mens die met recht in verband kan worden gebracht met een oorspronkelijk Europees “humanisme” dat geërfd is van voorchristelijke tradities die thans grotendeels op drift zijn geraakt.
Het Georgische Trio Mandili brengt een eigen versie van een Oekraïense folkklassieker, aldus uiting gevend aan de culturele intertekstualiteit tussen de volkeren van Eurazische beschavingssfeerEurazisme is dus het resultaat van een bewustzijn van de genealogie van een unieke beschaving waarbinnen deze stroming is ontstaan, met alles wat een dergelijke kennis kan voortbrengen in de schemering van een wereld die ernaar streeft de diepe en heilige werkelijkheid van de bevestiging van de persoonlijkheid (in tegenstelling tot het individu) te ontkennen. Het Eurasme is dus een beschavingsbenadering, die ten diepste een spirituele en geopolitieke benadering impliceert, waarvoor het bovenal belangrijk is dat de mensen, en bijgevolg hun gemeenschappen, de bovenmenselijke kracht kunnen assimileren die hen hun unieke geboorte gaf in het hart van de geschapen wereld, en zich erdoor kunnen doen gelden.
Het Eurazisme is dus ontstaan uit het besef van de oorspronkelijke, geestelijke en unieke constitutie van een beschaving van de kant van Russische politieke denkers en filosofen die de heilige en axiale essentie van haar aanwezigheid in de wereld (in Eurazië) hadden aangeraakt. Maar omdat zij raakt aan de essentie van wat een bepaalde beschaving maakt, kan deze politieke theorie niet beperkt blijven tot de Russisch-Euraziatische beschaving en is zij daarom bedoeld om alle huidige en toekomstige menselijke beschavingen te interesseren, maar vooral om een denkwijze te zijn waarmee zij hun toekomst zullen kunnen beheersen. Het is belangrijk te begrijpen dat het Eurazisme een nieuwe zogenaamde “politieke” theorie is, die echter in de eerste plaats van spirituele aard is. Het nodigt ons in de eerste plaats uit ons te heroriënteren ten opzichte van een Centrum dat ontdekt zal moeten worden in het hart van elke beschaving en van elke gemeenschap en persoon die er deel van uitmaakt. Dit Centrum is niet verschillend van punt tot punt (van de ene menselijke entiteit tot de andere), maar het is overal hetzelfde, verspreid en toch Eén in elke emanatie van het Zijn. In dit opzicht kan het Eurazisme de geestelijke motor zijn van de verheffing van de geesten tot een nieuwe interpretatie van het universele, een universele die niet kan worden verward met uniformiteit (of, wat praktisch op hetzelfde neerkomt, universalisme), tenzij men wil bederven wat de grondslagen vormt van deze nieuwe theorie. Met andere woorden, het Eurazisme is een tijdig verlangen naar oriëntatie op de Traditie en haar hemelse centrum, dat onze Europese beschaving in Hyperborea heeft gesitueerd, waar wij, overbodig om te zeggen, onze batterijen zullen moeten opladen.
Deze nieuwe theorie, waarvan we hebben gezien dat ze universeel van geest is, is ook politiek en geopolitiek, en kan zich dus volledig integreren in de planetaire ruimte van het menselijk denken van de eenentwintigste eeuw, dat zich geleidelijk bewust wordt van de aporetische inconsequentialiteit waarin de neoliberale theorie, de enige overlevende en tegelijkertijd erfgenaam van de ideologische dwaling van de twintigste eeuw, gevangen zit. Deze theorie wordt dus opgeroepen om deel te nemen aan de radicale vernieuwing (in de echte zin van het woord, dat wil zeggen, een vernieuwing die teruggaat tot de wortel, tot de essentie van “de dingen”) van een politiek denken dat tot nu toe in feite is gearticuleerd rond de drie politieke theorieën van het communisme, fascisme en liberalisme, met inbegrip van al hun varianten, tot voor kort, dus met inbegrip van de postmoderne vorm van liberalisme: Het onpolitieke post-liberalisme dat zich op verraderlijke wijze in elk van de beschavingen heeft ingegraven op een wijze die hen elke reële roeping ontneemt en hen verhindert deel te nemen aan een nieuwe internationale harmonie die multipolariteit of, nog beter, polycentriciteit wordt genoemd. Want Eurasme is ook, en in de tweede plaats door zijn bevestigde benadering van een geestelijke heroriëntatie van de wereld, de theorie van de civilisatorische multipolariteit, die op haar beurt van belang is voor alle beschavingen en voor de menselijke gemeenschappen in het proces van herbevestiging en heridentificatie van zichzelf met hun oorspronkelijke grondslagen.
Maar als het Eurazisme een geopolitieke theorie is, gericht op de spirituele essentie van beschavingen en op de bijzondere relaties die zij onderhouden met hun eigen ruimte (een ruimte die heeft deelgenomen aan hun vleselijke stichting), dan is het ook een politieke theorie, de Vierde Politieke Theorie, waarvan de bijzonderheid juist is dat zij de term “politiek” zelf weer een legitimiteit wil geven met betrekking tot de toekomst van menselijke gemeenschappen. Politiek moet opnieuw een kunst worden waarmee de mensen zich kunnen, en zelfs moeten, heroriënteren op het ordenend en harmoniserend middelpunt van elke gemeenschap waarvan zij deel uitmaken. De beslissing, die gevoed moet worden door de veelheid van vrij uitgedrukte standpunten, zal uiteindelijk een centraliteit vinden die haar zal onttrekken aan elke duisternis die verband houdt met de instabiliteit van de materie (d.w.z. de wisselvalligheden die verband houden met de lagere wereld van de noodzaak). Centraliteit en multipliciteit zouden niet langer antinomisch moeten zijn, maar zouden zich integendeel opnieuw gezamenlijk moeten kunnen doen gelden via het politieke en het spirituele, die belichaamd zullen worden in het Algemeen Welzijn. Het Eurazisme is een politieke theorie die dit verheven principe in zich draagt, dat erop gericht is de politiek boven de belangenconflicten (vooral de economische) te verheffen en haar te onderwerpen aan de superioriteit van het geestelijke (door middel van het Algemeen Welzijn zoals wij dat begrijpen en zoals dat vanuit het perspectief van de Vierde Politieke Theorie moet worden begrepen).
In het licht van het bovenstaande zijn wij van mening dat het volstrekt ongepast zou zijn te denken dat het Eurazisme uitsluitend van belang zou kunnen zijn voor het Russische universum, of specifiek aangepast aan dit oosterse universum (in relatie tot Europa), ondanks het feit dat deze theorie sinds haar oorsprong door deze specificiteit wordt gekenmerkt, en zich later onvermijdelijk openstelt voor het universele. De Europese activisten zouden dan ook alle legitimiteit hebben om zich hierop te beroepen met betrekking tot een nieuwe bevestiging van Europa, die al met al nog steeds hypothetisch lijkt gezien het wrede gebrek aan wil van zijn huidige leiders (gebrek aan wil om zich te bevrijden van het Amerikaanse unipolaire hegemonisme, geërfd van de twee grote oorlogen van de twintigste eeuw, alsmede van het sluipende totalitarisme van het post-liberalisme dat “bevrijd” is van politiek en wortels). En als de Europese beschaving een kans zou krijgen om weer op te staan (en weer Kultur te worden!) door te proberen de ideeën van het Eurazisme (en dus de voorstellen van de Vierde Politieke Theorie) te bestuderen en aan te passen, zou dat niet zijn om af te wijken van wat de taal en de oorspronkelijke Idee van onze beschaving uniek maakt, maar integendeel om deze te kunnen bevestigen met betrekking tot een politieke en geopolitieke theorie die beschavingen en hun singulariteit tot de assen maakt waarrond nieuwe theorieën en nieuwe onderscheidende praktijken over de mens en zijn relaties met de Ander en zijn omgeving moeten worden gearticuleerd.
Eurazisme is Europa dus niet vreemd, want het is in feite de naam die gegeven is aan een nieuwe politieke theorie, met een cruciale geopolitieke component, die elke beschaving op haar eigen manier en volgens haar eigen oorspronkelijke visie op de wereld en op de mens zal moeten benaderen en zich eigen maken. De uitdaging is in feite niet om te proberen de wereld te bekijken door de kleine Russische verrekijker, maar veeleer om onze eigen Europese visie op de wereld vast te stellen en te bevestigen, en daarbij te proberen de hersenschimmen te overwinnen die tot op heden als intellectuele gids dienen bij onze onsamenhangende omzwervingen.
We kunnen nu een ander argument aanvoeren ten gunste van het Eurazisme, waardoor het een conceptueel, maar ook realistisch instrument zou kunnen worden om de Europese Idee (een oorspronkelijk humanisme met een realistische visie op de mens) weer te doen opleven uit het ongewisse waarin de neoliberale ideologen haar hebben gestort. Rusland en de daarmee verbonden naties behoren, zoals gezegd, in de eerste plaats tot de Europese cultuur, ook al hebben de geschiedenis en de geopolitiek er een bijzondere beschaving van gemaakt, zoals wij hier reeds hebben uiteengezet. De geopolitieke realiteit van de wereld van vandaag, die multipolariteit in de internationale betrekkingen aanmoedigt, zal echter ook de Russisch-Euraziatische en Europese beschavingen steeds dichter bij elkaar brengen om hun samenwerking te intensiveren tegenover de hegemoniale pogingen of mogelijkheden van andere machtigere polen zoals Noord-Amerika of China. Zij zullen dit ook moeten doen vanwege de bedreigingen die reeds op hun deur kloppen, met name die in verband met massa-immigratie en islamitisch terrorisme. De realiteit van de huidige internationale betrekkingen laat er geen twijfel over bestaan dat een intercivilisationeel geheel, waarin de Russisch-Euraziatische en de Europese beschavingen zijn verenigd door middel van nauwe en voortdurende samenwerking, de grote ruimte zal zijn waarbinnen het Eurazisme zich zal moeten doen gelden, zodra de etnocentrismen en oude ressentimenten die nog steeds het officiële discours voeden van leiders en media die krampachtig blijven vasthouden aan hun ideologische grillen en (sub)culturele afhankelijkheden, overwonnen zijn. Dit zou een extra argument moeten zijn voor het feit dat het Eurazisme, en de Vierde Politieke Theorie, niet alleen niet exclusief verbonden is met de Russisch-Euraziatische beschaving, maar ook dat het de heroprichting van een Grote Euraziatische (of Euraziatische) geopolitieke (en spirituele) Ruimte mogelijk kan maken die zich kan doen gelden in de huidige wereldchaos die het gevolg is van de verwatering van een orde van internationale betrekkingen die niet bestand is tegen de problemen en tegenstrijdigheden die zij zelf heeft veroorzaakt in de hegemonische koers van het triomferende neoliberalisme.
Het Eurazisme is een conceptueel wapen (terwijl het meer fundamenteel een begrijpelijke Logos is die een nieuw spiritueel bewustzijn moet openen) dat van primair belang is voor Europa en Rusland, verenigd door een nieuwe wil om een wereld te inspireren die in staat is het antagonisme tussen het universele en het individuele te overwinnen (maar niet te vernietigen). Wat wij tot stand zullen kunnen brengen via onze betrekkingen tussen de Europese en de Russisch-Euraziatische beschavingen, en via de betrekkingen die meer verzekerd zullen zijn tussen Eurazië en de andere wereldbeschavingen, zal de grondslag vormen van een nieuwe orde van internationale betrekkingen die zal moeten uitgaan van een respect voor elke eigenheid en van betrekkingen die niet gebaseerd zijn op hegemonie en unilateralisme.
Wij kunnen dus met kracht en overtuiging beweren Euraziatisch te zijn, terwijl wij tegelijkertijd een diepgeworteld vertrouwen hebben in de toekomst van Europa. Wij zouden er zelfs aan willen toevoegen dat het een het ander sterk aanwakkert, aangezien Eurazisme een verbintenis is met elk van onze beschavingen, waarvan wij ons dan bewust worden van hun belang als geopolitieke polen, die een aanzienlijke, zo niet fundamentele rol spelen bij de radicale vernieuwing van de internationale betrekkingen. Eurazisme kan niet los worden gezien van het project om een wereldorde op te bouwen die rond het beginsel van multipolariteit is georganiseerd. Evenmin is het te scheiden van een organische visie op menselijke gemeenschappen die regio’s, naties, etnische groepen en volkeren omvat, met respect voor de culturele, politieke en spirituele diversiteit die de komende multipolaire wereld zal moeten structureren. Eurazisme, als we het zo kunnen noemen, is een globalisme van de “periferie” dat in opstand moet komen tegen het globalisme van het “centrum”, dat onder meer wordt opgelegd door het destructieve wapen van de “mensenrechten” en door de Markt. Vanuit dit oogpunt kunnen we ook zien dat de Gele Vesten-beweging onbewust deze weg inslaat, en dus deel uitmaakt van deze eurazistische strijd.
Het Eurazisme heeft geen “waarheid” die op de een of andere manier aan volkeren en beschavingen kan worden opgelegd, omdat het een besef omvat van de noodzaak om de verschillende wereldvisies te respecteren die de mensheid opbouwen. Haar theoretische structuur is gebaseerd op een ruimtelijke waardering (niet in de Angelsaksische zin van het woord, d.w.z. een op verovering gerichte ambitie, maar volgens een “kosmische” visie die voorrang geeft aan orde en harmonie) van beschavingen, waarvan de belangrijkste uitdaging is dat elk van hen in staat is zijn toekomst op te bouwen in het licht van zijn traditie, en tegelijk actief deel te nemen aan de uitwerking van een nieuw type internationale betrekkingen, waarvan de kern een volledig bewustzijn zal impliceren van de geografische realiteiten (economisch, energetisch enz.) en van de verschillen in benadering van de wereld. ) alsmede van de verschillen in culturele en zelfs spirituele en religieuze benaderingen die met deze realiteiten samenhangen.
Eurazisme is dus een oproep tot een nieuwe harmonisatie van de wereld, die, zoals bekend, altijd in wording zal zijn, en niet de hoop op een nieuw idealisme, een nieuwe abstracte ideologie. Het is een nieuwe politieke en geopolitieke theorie die een besef is dat de wereld niet kan buigen voor de dwang van abstracte ideologieën zonder zichzelf op te offeren op het altaar van ondeugd en leugen. Daarin is het Eurazisme een overwinnen, een Nieuwe Theorie, die zich plaatst tussen de grondslagen van de mens en zijn verantwoordelijkheden voor de verwezenlijking daarvan. In dit opzicht biedt het Euraïsme ons een perspectief dat elke beschaving volgens haar eigen weltanschauung in de praktijk moet brengen.
Europees Eurazisme (en verder Euraziatisch, van Lissabon tot Vladivostok en van Dublin tot Yerevan) kan dus werkelijkheid worden in ons hart, in ons denken en in ons handelen, op voorwaarde dat wij begrijpen wat het sterk maakt. Daarom erkennen wij onszelf als Eurazisten en willen wij de huidige tendens in Europa tegengaan om dit idee terug te dringen in de strikte grenzen van de Russisch-Euraziatische beschaving.
Het wordt noodzakelijk ons af te keren van een bepaalde visie op geopolitiek die haar altijd tot een wetenschappelijk instrument maakt in dienst van de uitbreiding van een ongezonde en illusoire macht, kortom, van het imperialisme. Geopolitiek moet voor ons, met respect voor culturele en geestelijke verschillen, een instrument worden voor een nieuwe harmonie tussen naties en beschavingen. Europa en zijn naties moeten daaruit de kracht kunnen putten om hun toekomst opnieuw te oriënteren in overeenstemming met de grote mondiale projecten die in de loop der jaren de wereldorde ingrijpend zullen veranderen (wij denken hierbij vooral aan het project van de Nieuwe Zijderoute – het Belt and Road Initiative – onder leiding van China).
Het Eurazisme is een idee dat volkeren en beschavingen zich eigen zullen moeten maken volgens hun eigen visie op de wereld. Het is dus de alfa van een creatieve beweging die uniek en eigen is aan elk individu, waarvan de uitkomst, de omega, gevonden zal moeten worden in het overwinnen van de beperkingen die we momenteel ondergaan door een globalistische waanzin. Het is een kracht, zo herinneren wij eraan, die ons de Europese gedachte zal doen heropleven, en die ons bovendien de aanwezigheid van Frankrijk in Europa en in de wereld opnieuw zal doen interpreteren in het licht van ons oorspronkelijk humanisme.
Het Eurazisme is in wezen gebaseerd op deze heroriëntatie, en daarom zou het oneerlijk zijn te beweren dat het alleen van belang kan zijn voor de Russisch-Euraziatische beschaving. Maar het is allemaal een kwestie van woorden, op voorwaarde dat de definitie nauwkeurig is.