Pan-Toeranisme

17.05.2024

Toeran was in de Oudheid de naam die de Iraanse volkeren aan Centraal-Azië gaven. Het Pan-Toeranisme wil alle Turkse en andere Altaïsche volkeren verenigen in één politieke en/of culturele eenheid onder de naam Toeran. Dit omvat een enorm gebied dat zich uitstrekt van Turkije over de Kaukasus, Noordwest-Iran en Centraal-Azië tot aan de Noordelijke IJszee. Voor sommige Pan-Toeranisten behoort ook voormalig Ottomaans Zuidoost-Europa er toe, wat duidelijk op irredentisme wijst.

Ontstaan van het Pan-Toeranisme

Deze ideologie ontstond in het Fin-de-Siècle onder Ottomaanse nationalistische officieren en intelligentsia. Zij wilden alle Turkse volkeren verenigen in een politieke entiteit die zich uitstrekte van de Bosporus tot het Altaigebergte. Vanaf ca. 1911 werd het begrip ‘Toeran’ gebruikt om alle Turkse volkeren – dus ook die buiten het historische Toeran (i.e. Centraal-Azië) – te omvatten.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog propageerde de Ottomaanse nationalistische elite dit Pan-Toeranisme onder de Turkse volkeren in tsaristisch Rusland om hen tot opstand aan te zetten en om de Kaukasus en Centraal-Azië te kunnen annexeren.

Na de Eerste Wereldoorlog en de daaropvolgende Turkse Onafhankelijkheidsoorlog stichtte Mustafa Kemal Atatürk de republiek Turkije. Hij stimuleerde het Pan-Toeranisme om de bestaande Ottomaans-islamitische identiteit van de bevolking te vervangen door een Turks-seculiere identiteit. Voortaan moest niet langer religie (de soennitische islam), maar de natie voor eenheid zorgen.

Verbod op Pan-Toeranisme in de USSR

De Turkse volkeren omvatten in de prille USSR ca. 10% van de bevolking en vormden daardoor na de Slavische volkeren de tweede grootste etnische groep. Zij bewoonden de ‘zachte onderbuik’ van de USSR, i.e. de kwetsbare Kaukasische en Centraal-Aziatische regio’s waar zich rijke aardoliebronnen bevonden, o.a. in de Azerbeidzjaanse regio Bakoe en de Kazachse Emba-regio.

De Oktoberrevolutie wekte nationalistisme en separatisme op bij de Turkse (en andere niet-Russische) volkeren in de USSR op. De revolutie vormde het gecentraliseerde Russische Rijk om tot een federale staat en leidde tevens tot de creatie van een reeks op etnische basis gevormde Sovjetrepublieken en autonome regio’s. De succesvolle kemalistische republiek Turkije, die net ontstaan was uit het zieltogende Ottomaanse Rijk, werkte als een magneet op de Turkse volkeren in de USSR. Ook Turkije toonde zich wederzijds sterk geïnteresseerd in de ‘broedervolkeren’ in de USSR.

Het mag dan ook geen verwondering wekken dat het 10de Congres van de Communistische Partij van de USSR in 1921 het Pan-Toeranisme veroordeelde als “een neiging tot burgerlijk-democratisch nationalisme”. Vanwege de dreiging die het Pan-Toeranisme vormde voor de USSR maakte de Sovjetpropaganda het tot een angstaanjagend politiek etiket. Pan-Toeranisme was de meest gebruikte beschuldiging bij de harde onderdrukking van de elites van de Turkse volkeren in de USSR in de jaren 1930.

Duitse poging tot balkanisering van de USSR m.b.v. het Pan-Toeranisme

Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleef Turkije officieel neutraal, omdat eerdere oorlogen voor aanzienlijke territoriale verliezen en enorm leed hadden gezorgd. Ideologisch waren er echter sterke overeenkomsten tussen het Duitse nationaal-socialisme en het Turkse kemalisme. Bovendien was Duitsland tijdens de jaren 1930 de belangrijkste handelspartner van Turkije geweest. Op 18 juni 1941 – 4 dagen voor de start van Operatie Barbarossa – ondertekenden Duitsland en Turkije een niet-aanvalspact.

Operatie Barbarossa was een Duitse poging om Rusland te vernietigen. Deze grootschalige invasie van de USSR had uitschakeling van de USSR als concurrerende grootmacht, annexatie van sommige en kolonisatie van andere gebieden, deels verdrijving en deels onderwerping van de bevolking, evenals aanvoer van agrarische producten en grondstoffen tot doel.

Hoewel Turkije zelf nooit participeerde aan de oorlog, werkte het aanvankelijk wel nauw samen met Duitsland. Turkije verschafte inlichtingen en verkocht grote hoeveelheden chroom aan Duitsland. Tevens leverde Turkije een Pan-Toeraans propagandaplan, dat Duitsland zeer goede diensten bewees in de bezette delen van de USSR. Hiermee ronselde Duitsland uit krijgsgevangen Sovjetsoldaten, die afkomstig waren uit de Turkse volkeren in de USSR, zgn. ‘Osttruppen’ voor de Wehrmacht (ca. 250.000 man) en voor de Waffen-SS (ca. 8.000 man) . In ruil beloofde Duitsland door Turkse volkeren bewoonde gebieden in de USSR onafhankelijk te maken. Deze Turkse staten zouden tot de invloedssfeer van Turkije gaan behoren. Het is dus niet overdreven om te stellen dat Turkije tijdens de (eerste helft van de) Tweede Wereldoorlog een ‘neutraal Asland’ was.

Door deze goede relaties tussen Duitsland en Turkije verdween echter de bestaande goede verstandhouding tussen Turkije en de USSR, die dateerde van tijdens de Turkse Onafhankelijksheidsoorlog. De toen net ontstane USSR leverde grote hoeveelheden wapens aan en financierde de kemalistische troepen van Mustafa Kemal Atatürk.

In de zomer van 1942, toen het Duitse leger oprukte naar Stalingrad en de Kaukasus, achtte Turkije een oorlog met de USSR bijna onvermijdelijk. De Sovjets hadden in februari 1942 een mislukte aanslag op de Duitse ambassadeur in Turkije gepleegd en tevens in Turkse territoriale wateren het Roemeense schip SS Struma tot zinken gebracht. Het Turkse leger positioneerde honderdduizenden soldaten aan de oostgrens met als doel om de Zuidelijke Kaukasus – en in het bijzonder de rijke olievelden van Bakoe – te veroveren.

1944: het Pan-Toeranisme verboden in Turkije

Na de geallieerde verovering/herovering van heel Noord-Afrika in november 1942-mei 1943 en van Zuid-Rusland in februari 1943 ontstonden er goede relaties tussen Turkije en de liberale geallieerden (VS en Groot-Brittannië). Turkije kreeg financiële en militaire hulp van hen. De Amerikaanse president Roosevelt, de Britse premier Churchill en de Turkse president Inönü overlegden op de Tweede Conferentie van Caïro in december 1943 over een Turkse oorlogsdeelname aan geallieerde zijde. Het Pan-Toeranisme werd in het voorjaar van 1944 door Inönü verboden. Aanhangers ervan belandden in de gevangenis. In augustus 1944, toen de geallieerde invasie van de Balkan begon en de Duitse nederlaag onvermijdelijk was, verbrak Turkije alle betrekkingen met Duitsland.

Op 23 februari 1945 verklaarde Turkije uiteindelijk de oorlog aan Duitsland (en Japan), omdat de Conferentie van Jalta (4-11 februari 1945) stipuleerde dat alleen landen die op 1 maart 1945 officieel in oorlog waren met Duitsland en Japan zouden worden toegelaten tot de in oprichting zijnde Verenigde Naties. Het was dus louter een symbolische daad. Turkse troepen hebben nooit aan de oorlog deelgenomen.

De oorlog eindigde met de volledige vernietiging van Duitsland en de verovering van Berlijn door het Rode Leger. Op 24 oktober 1945 ondertekende Turkije als 1 van de 51 oprichtende staten het Handvest van de Verenigde Naties.

Post-USSR

De implosie van de USSR in 1991 creëerde nieuwe kansen voor het Pan-Toeranisme. De door Turkse volkeren bewoonde Sovjetrepublieken Kazachstan, Oezbekistan, Kirgizië, Turkmenistan en Azerbeidzjan werden onafhankelijk. De eveneens door Turkse volkeren bewoonde Russische deelrepublieken Tatarstan, Basjkirië, Tsjoevasjië, Jakoetië, Chakassië en Toeva bleven deel uitmaken van Rusland.

Pan-Toeranisten promootten het – voornamelijk cultureel – verenigen van de diverse Turkse staten. Op 12 juli 1993 vormden Turkije, de nieuwe Turkse staten en enkele Russische deelrepublieken de Internationale Organisatie voor de Turkse Cultuur. Dit is een organisatie voor culturele samenwerking. Op 3 oktober 2009 richtten Turkije, Kazachstan, Oezbekistan, Kirgizië en Azerbeidzjan de Organisatie van Turkse Staten op. Dit is een overlegorgaan tussen Turkssprekende staten.

In het hedendaagse Turkije is het Pan-Toeranisme een belangrijk onderdeel van de ideologie van de Partij van de Nationalistische Beweging (MHP), waarvan de jongerenbeweging bekend is als de Grijze Wolven. Deze laatste organisatie is genoemd naar een grijze wolvin – Asena genaamd – die in de pre-islamitische ontstaansmythe van de Turkse en Altaïsche volkeren de bedreigde proto-Turkse stammen uit de Siberische en Centraal-Aziatische wildernis leidde. Asena wordt door de Grijze Wolven gebruikt als symbool.

Pan-Toeranisme als bedreiging voor Rusland, China en Iran

Hoewel het Pan-Toeranisme niet expliciet het uiteenvallen van Rusland tot doel heeft, komt het daar in geval van een politieke vereniging van alle Turkse gebieden de facto toch grotendeels op neer. Een aanzienlijk deel van de minderheden in Rusland is immers Turks. Vanzelfsprekend verzet Rusland zich dan ook tegen het Pan-Toeranisme. Als de Turkse ex-Sovjetrepublieken en de door Turkse volkeren bewoonde Russische deelrepublieken zich zouden verenigen met Turkije, gaat dit ten koste van Rusland en van de Russische invloedssfeer. Van oudsher is Rusland namelijk de belangrijkste handelspartner van deze gebieden: alle transportinfrastructuur verbindt deze gebieden met Rusland. Bovendien eist het Pan-Toeranisme ook de voor Rusland strategisch belangrijke Krim – die vroeger bewoond werd door Krim-Tataren – en andere Russische gebieden op.

Ook China en Iran verzetten zich tegen het Pan-Toeranisme. De Chinese provincie Xinjiang – die door Pan-Toeranisten Oost-Turkestan wordt genoemd – wordt immers bewoond door Turkse minderheden, nl. Oeigoeren, Kazachen, Kirgiezen, Oezbeken en Tataren. Van de bevolking van Iran behoort ca. 18% tot Turkse minderheden, vnl. Azerbeidzjanen, Qashqai en Turkmenen.