De speciale militaire operatie en het begrip van een rechtvaardige oorlog
Alle conflicten die uitgevochten zijn tussen volkeren en staten hebben altijd de fundamentele vraag opgeworpen - aan wiens kant staat het recht? In sommige gevallen, zoals de aanval van nazi-Duitsland op de Sovjet-Unie, is het overduidelijk dat het recht aan de kant van de USSR stond, hoewel er tot op de dag van vandaag revisionisten en falsifiers zijn die schuld proberen te vinden voor de daden van de Sovjet-Unie. Maar er zijn ook omstreden momenten in de geschiedenis geweest, waar een opeenvolging van historische gebeurtenissen de standpunten van de tegengestelde partijen minder duidelijk heeft gemaakt. Een belangrijk onderwerp is ook altijd geweest - kan offensieve oorlogsvoering rechtvaardige oorlog zijn, of slaat het alleen op defensieve acties? Zo is volgens VN-documenten alleen defensieve oorlogvoering een rechtvaardige oorlog, hoewel er een aantal voorbehouden zijn, gaande van vredestroepen tot speciale resoluties die in wezen carte blanche geven om oorlog te voeren. Een voorbeeld daarvan is Resolutie 1973 van de VN-Veiligheidsraad van 17 maart 2011 betreffende Libië. Het document regelde de instelling van een no-fly zone, maar maakte in feite de handen van de NAVO vrij voor aanvallen op Libisch grondgebied en steun aan terroristen. In het algemeen hebben de VN al lang hun geloofwaardigheid verloren als de organisatie die in laatste instantie optreedt in het internationaal recht, en de precedenten daarvoor zijn geschapen door de westerse landen (de agressie van de NAVO tegen Joegoslavië in 1999 en de militaire bezetting van Irak door de VS in 2003).
In dit verband is een speciale militaire operatie in Oekraïne bijzonder relevant, vooral omdat Westerse politici Rusland voortdurend niet alleen proberen te beschuldigen van "agressie" en "wereldwijde hybride oorlogsvoering", maar de denazificatie van Oekraïne ook vaak zien als een soort proloog voor verdere oorlogen in Europa. Hoewel, als men de jurisprudentie van de VS en de EU volgt, er helemaal geen sprake van Rusland zou mogen zijn, noch wat de Krim betreft, noch wat de speciale militaire operatie betreft die op 24 februari 2022 van start ging.
Natuurlijk kunnen de opvattingen over rechtvaardigheid in het Westen anders zijn dan in andere delen van de wereld, en dat geldt ook voor de waarden op grond waarvan de EU nu een beleid voert om het homohuwelijk en soortgelijke perversies op te leggen. Toch is er voor het onderwerp rechtvaardigheid een bepaald criterium dat universele eigenschappen heeft - dat van het Romeinse recht. Hugo Grotius liet zich, toen hij het begrip van een rechtvaardige oorlog ontwikkelde, in de eerste plaats leiden door het Romeinse recht. Maar vóór hem werden dezelfde opvattingen verkondigd door Augustinus, die zich beriep op een christelijk wereldbeeld.
Als men echter de kwestie van de rechtvaardige oorlog in een langer historisch retrospectief beschouwt, stuit men op een ouder Romeins gebruik, een soort prototype van het ius ad bellum en het ius in bello, namelijk het fetiale recht, het ius fetiale, dat het voeren van oorlogen regelde. Volgens Cicero was het ius fetiale een geheel van religieus-juridische regels, kenmerkend voor de Romeinse gemeenschap, die de betrekkingen regelden tussen Romeinen en vreemdelingen, die de oude Quirites (burgers van Rome) als vijanden (hostes) beschouwden.
De rechters maakten deel uit van een raad van twintig patriciërs, die belast waren met de toepassing van het ius fetiale, de hoeksteen van de internationale betrekkingen van hun tijd; zij waren belast met het verklaren van de oorlog, het sluiten van de vrede en het sluiten van verdragen, en ook met het doen gelden van aanspraken en het regelen daarvan. Zij traden op als parlementariërs, en gingen naar de andere kant als het nodig was om genoegdoening te eisen als een verdrag geschonden was. Weigerden zij, dan hadden zij de macht om de oorlog te verklaren. In zo'n geval ging de pater patratus (vader van de troep, d.w.z. hoofd van de raad van priesters) naar de grens van het land van de overtreder en wierp in aanwezigheid van getuigen een met bloed besmeurde speer op het land, waarbij hij een formule uitsprak om de oorlog te verklaren. Mettertijd werd deze praktijk omgevormd. De functie van ambassadeurs werd overgenomen door legaten die door de Senaat benoemd werden. In de keizertijd begon de rol van pater patratus door de keizers zelf te worden vervuld. Volgens Pierangelo Catalano hadden de normen en beginselen van het ius fetiale ook rechtskracht ten opzichte van volkeren waarmee Rome geen verdrag had. Het was dus een universele praktijk.
Hoewel de Verenigde Staten zich proberen te positioneren als erfgenaam van de Romeinse traditie, zowel op esthetisch niveau (dat bijvoorbeeld tot uiting komt in de architectuur van het Capitool of het symbool van de adelaar) als op juridisch niveau (van het formaat van de Senaat tot de imitatie van keizerlijke tradities), is het duidelijk dat wij op dit laatste punt veeleer een schijnwereld zien, een imitatie van oude grondslagen zonder goede motivering met duidelijke manipulatie ten gunste van bepaalde groepen. Het is duidelijk dat, als de neoconservatieven onder George W. Bush niet aan de macht waren geweest, er geen invasie in Irak zou zijn geweest, net zoals er in 1989 geen invasie in Panama zou zijn geweest, als er geen politieke crisis was geweest in verband met de verkiezingen (Washington heeft sindsdien handig gebruik gemaakt van dergelijke crises, die men kleurenrevoluties heeft genoemd, en ze zelfs uitgelokt). Eerder leidde een provocatie in de Golf van Tonkin in 1964 tot de Vietnamoorlog, die de VS met schande verloren. En de agressie tegen Irak in 2003 had helemaal geen rechtvaardiging. De politieke retoriek van de eerste personen van de VS had duidelijke tinten van goddelijkheid, althans om de woorden van Bush in herinnering te brengen, die hem zogenaamd door God opgedragen had Irak te treffen. De huidige retoriek van het Amerikaanse leiderschap is meer gebaseerd op mensenrechten en afschrikking om de nationale belangen te beschermen (met Rusland, China, Noord-Korea en Iran als tegenstanders), terwijl de noodzaak wordt geïmpliceerd om de imperiale grootsheid van de VS te behouden en het onvoorwaardelijke recht van Washington om te bepalen welke acties aanvaardbaar zijn en welke niet.
Rusland heeft echter meer recht om zich als erfgenaam van de Romeinse traditie te beschouwen. Regelmatige oproepen van de Russische leiding aan Oekraïne om een einde te maken aan het geweld tegen de inwoners van Donbass dragen de geest van het ius fetiale goed in zich. En de ondertekening van overeenkomsten met de DNR en de LNR op 23 februari 2022 legitimeerde het gebruik van militair geweld tegen Oekraïne, net zoals in het oude Rome bijstand werd verleend aan bondgenoten tegen delinquenten. Hoewel de diplomatieke betrekkingen tussen Oekraïne en Rusland aan de vooravond van de speciale militaire operatie werden verbroken, weten wij dat het ius fetiale ook geldt voor partijen waarmee geen verdragen bestonden. Zo werd een reeks toespraken van de Russische president Vladimir Poetin in de dagen vóór de operatie een metaforische, in bloed gedoopte speer, die de pater patratus naar het Oekraïense grondgebied wierp. Zoals we kunnen zien, werden ze zowel in Oekraïne als in het Westen zonder de nodige aandacht behandeld, net zoals de waarschuwingen in december 2021 dat de NAVO zou uitbreiden, dienovereenkomstig beantwoord werden (de voorstellen van Moskou aan de VS om te onderhandelen over een nieuwe Europese veiligheidsarchitectuur werden genegeerd). Overigens krijgt de formule Moskou-Derde Rome zo een extra dimensie. Het ius fetiale is immers heel goed toepasbaar op andere hostes, die wij nu gedefinieerd hebben als onvriendelijke landen.
Vertaling door Robert Steuckers