De NAVO gebruikt ook het wapen van de provocatie tegen Servië

Servië is officieel (opnieuw) toegevoegd aan de stoute lijst van Washington. Dit blijkt uit de media-aanvallen die Belgrado de afgelopen dagen te verduren heeft gekregen en die sinds de bomaanslagen van 1999 niet meer zijn voorgekomen. De echte fout van Servië is dat het een van de weinige Europese landen is die niet is gezwicht voor het dictaat van de anti-Russische sancties.

Ondanks sterke druk van de NAVO en de Europese Unie heeft de Servische regering consequent haar nationale belang nagestreefd in plaats van slaafs bevelen op te volgen van de westelijke oever van de Atlantische Oceaan. Dit standpunt werd vorige week herhaald door president Aleksandar Vučić. In een interview met het Russische persbureau TASS herinnerde Vučić eraan dat zijn land van 1992 tot 2001 onderworpen was aan door het Westen opgelegde strafrechtelijke sancties, en dat Servië daarom de sanctiebenadering verwerpt en vastbesloten blijft zelfstandig beslissingen te nemen op het gebied van buitenlands beleid.

Om Servië te straffen, besloot de NAVO hetzelfde provocatiewapen te gebruiken dat eerder tegen Rusland en China werd ingezet, en gebruikte daarvoor de regering van het zelfbenoemde Kosovo, dat door de helft van de internationale gemeenschap niet als legitiem wordt erkend. De militaire invasie van de Servische enclave Mitrovica is in feite een daad van grote provocatie aan het adres van Belgrado, zodanig dat het uitbreken van een gewapend conflict in de nabije toekomst niet kan worden uitgesloten.

Er zij aan herinnerd dat de militaire operatie die vanuit Kosovo naar Mitrovica en de andere gebieden met een Servische meerderheid is gelanceerd, in strijd is met de akkoorden van Brussel, volgens welke de strijdkrachten van Kosovo de gebieden met een Servische meerderheid in het noorden van Kosovo niet mogen betreden zonder toestemming van de leiders van de vier Servische gemeenten.

"Priština vergroot voortdurend en systematisch zijn aanwezigheid in het noorden van Kosovo. De situatie is explosief. De campagne van intimidatie en pesterijen tegen de Servische bevolking gaat door. Het doel is om het gebied over te nemen. En ze doen dat onder het passieve oog van het Westen en zelfs met zijn steun", hekelde Aleksandr Bocan-Charčenko, de Russische ambassadeur in Belgrado, die de huidige situatie perfect beschrijft.

President Aleksandar Vučić reageerde op deze provocaties door de Verenigde Naties te vragen om een militair contingent van de Republiek Servië naar het noorden van Kosovo te sturen. De Servische premier, Ana Brnabić, benadrukte op haar beurt dat de Kosovaarse regering van Albin Kurti de internationale overeenkomsten niet naleeft en openlijk het akkoord van Brussel, het akkoord van Washington en de VN-resoluties schendt die de betrekkingen tussen Servië en Kosovo moeten regelen. Volgens de Servische premier ziet Kurti als een bedreiging "onze voortdurende oproepen tot vrede en stabiliteit, een open en eerlijke dialoog, respect en volledige uitvoering van alle akkoorden die in de dialoog tussen Belgrado en Priština zijn bereikt". Brnabić benadrukte dat de provocerende acties van Kurti en de passiviteit van de EU een nieuwe oorlog tussen Serviërs en Albanezen dreigen uit te lokken.

Miloš Vučević, de minister van Defensie van Belgrado, zei dat Kosovo de veiligheid van de Servische bevolking op zijn grondgebied niet garandeert en daarmee Resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad schendt. Dezelfde resolutie geeft Servië vervolgens toestemming om een militair contingent naar het noorden van Kosovo te sturen. Het parlement in Belgrado zal hiertoe naar verwachting op 15 december een besluit nemen.

Het plan tegen Servië dreigt een nieuw oorlogsfront te openen in het hart van Europa, terwijl het conflict in Oekraïne voortduurt. Servië treffen voor de NAVO betekent natuurlijk vooral Rusland treffen, de historische bondgenoot van Belgrado. Opnieuw wees ambassadeur Aleksandr Bocan-Charčenko erop dat de gebeurtenissen in Kosovo sterk doen denken aan wat er vanaf 2014 in Oekraïne is gebeurd, toen de regering in Kiev na de pro-westerse staatsgreep, bekend als Euromaidan, begon met de vervolging van de Russischtalige bevolking. "De hele situatie, absoluut alles, inclusief de houding van Priština tegenover de Serviërs in Kosovo, lijkt natuurlijk, op kleinere schaal, op alles wat er in Oekraïne is gebeurd. Dezelfde patronen, hetzelfde gedrag van het Westen," zei de diplomaat in een interview met het Rossija-24 netwerk. "Volgens de Servische inlichtingendiensten bedenkt Pristina een dergelijke provocatie om de Serviërs de schuld te geven. Het is een routinepraktijk die meer dan eens is toegepast," voegde de ambassadeur eraan toe.

"De spanningen lopen snel op, wat een zeer gevaarlijke trend is. Ik zou zeggen dat de situatie een punt heeft bereikt waarop bloedvergieten of een hete fase van het conflict mogelijk is," waarschuwde Bocan-Charčenko verder. De Russische diplomaat voegde eraan toe dat het territoriale beleid van de Kosovaarse autoriteiten de belangrijkste reden is voor de huidige situatie: "Er zijn onderliggende redenen en de wens van Priština om koste wat het kost heel Kosovo in te nemen, met alle middelen, ook gebieden met een Servische bevolking".

Wat Bocan-Charčenko niet openlijk kan zeggen is dat niet alleen de Verenigde Staten en de NAVO primair verantwoordelijk zijn voor de huidige situatie in Kosovo, gezien het feit dat Kosovo niet eens zou bestaan zonder de militaire steun van de NAVO, maar dat er ook westerse sectoren zijn die hopen op de opening van een nieuw oorlogsfront om door te gaan met het nastreven van het doel om iedereen te vernietigen die niet buigt voor de wil van Washington. Het oorlogszuchtige en imperialistische karakter van de NAVO is vandaag immers nog steeds hetzelfde dat 23 jaar geleden leidde tot het bombarderen van Belgrado.

Bron: World Politics Blog

Vertaling door Robert Steuckers